Linkse hervormers versus neoliberale elite
Machtsstrijd in Ecuador is veel meer dan ‘drugsoorlog’
De Ecuadoriaanse rechts-conservatieve presidentskandidaat Fernando Villavicencio (59), die op 9 augustus werd doodgeschoten tijdens een campagnebijeenkomst in de hoofdstad Quito, wordt in de media geportretteerd als een corruptiebestrijder die waarschijnlijk door de georganiseerde misdaad uit de weg is geruimd, omdat hij schoon schip wilde maken in Ecuador. Maar er is een andere lezing mogelijk. Villavicencio, die aantoonbare leugens verspreidde over Julian Assange, had banden met de CIA. Volgens de linkse ex-president Rafael Correa werd hij vermoord om de door hem gesteunde presidentskandidate Luisa González in een kwaad daglicht te stellen. Dat is vooralsnog niet gelukt. Half oktober volgt een cruciale stembusstrijd.
De Andere Krant, 26 augustus 2023, Door: Marjolein van Pagee
Bij de Ecuadoriaanse presidentsverkiezingen staat veel op het spel. Ecuador werd van 2007 tot 2017 geregeerd door Rafael Correa van de linkse Alianza PAIS (Trots en Soeverein Vaderland), die zich tegen de Verenigde Staten keerde en internationale instanties als Wereldbank en IMF buitensloot. Hij was populair vanwege zijn bestrijding van armoede, criminaliteit en corruptie.
Correa werd opgevolgd door Lenín Moreno, die onder hem als vicepresident had gediend, maar na zijn aantreden een andere, pro-westerse koers ging varen. Hij draaide belangrijke wetten terug die door de regering-Correa waren aangenomen om de macht van vermogende particulieren en banken aan banden te leggen. Ook richtte hij een orgaan op dat buiten de grondwet om bevoegdheden kreeg om “autoriteiten en rechters te evalueren”. Daarnaast hengelde hij bij IMF en Wereldbank leningen binnen van meer dan 10 miljard dollar waar Correa zich juist tegen had verzet. Moreno zei hierover: “Dankzij de harde beslissingen die ik heb genomen, zijn we niet wat Venezuela vandaag is … we hebben de democratie hersteld”. Tevens gaf hij het Amerikaanse leger toestemming een vliegbasis op de Galápagoseilanden te gebruiken.
Ook Moreno’s opvolger Guillermo Lasso, oprichter van de conservatieve partij Movimiento CREO, was, anders dan Correa, niet tegen het aangaan van IMF-leningen. Deze voormalige zakenman en bankier is sinds 24 mei 2021 president. De belangrijkste campagnebelofte van de rechts-conservatieve leider was om binnen honderd dagen na zijn aantreden negen miljoen mensen tegen covid-19 te vaccineren, waar hij ook in slaagde. De stijgende voedsel- en brandstofprijzen resulteerden in een golf van protest, die hij vervolgens keihard liet neerslaan. Hierdoor daalde zijn populariteit aanzienlijk. In mei ontbond hij het parlement om een afzettingsprocedure voor te zijn, met algemene verkiezingen als resultaat, waarin hij zich niet verkiesbaar stelde.
In de eerste ronde van de verkiezingen afgelopen zondag kwamen twee winnaars uit de bus van weer andere partijen. Luisa González van de linkse Movimiento Revolución Ciudadana behaalde 33,5 procent van de stemmen. Daniel Noboa, gesteund door de conservatieve Acción Democrática Nacional, eindigde als tweede met 23,5 procent. Omdat geen kandidaat meer dan 50 procent van de stemmen haalde, volgt een tweede ronde op 15 oktober.
De campagne voor de verkiezingen werd ruw verstoord door de brute moord op Fernando Villavicencio, die meedeed namens de Movimiento Construye Partye. Villavicencio maakte weinig kans om te winnen. Op het moment van zijn dood stond hij op 7,5 procent in de peilingen. Villavicencio is een oude vijand van Correa. In 2010 trad hij op als adviseur van politiek leider Clever Jimenez die destijds een mislukte coup pleegde tegen Correa. Jimenez had banden met Amerikaanse organisaties zoals de ontwikkelingsorganisatie USAID en de NED (National Endowment for Democracy), die beide aan de leiband lopen van Amerikaanse inlichtingendiensten.
Na de mislukte coup verzocht Jimenez om een strafrechtelijk onderzoek naar de rol van Correa in het verijdelen van de coup. Villavicencio sloot zich bij Jimenez’ klacht aan met de toevoeging dat Correa opzettelijk opdracht had gegeven een ziekenhuis aan te vallen. Beide mannen werden vervolgens veroordeeld voor smaad en kregen een gevangenisstraf van achttien maanden. Vlak voor de uitspraak vluchtte Villavicencio naar de Verenigde Staten waar hij onder andere in New York, Washington en Miami hooggeplaatste figuren ontmoette, zoals Cesar Ricaurte, oprichter van het door NED gefinancierde mediaplatform Fundamedios, die zich kritisch uitliet over Julian Assange.
De zaak Assange speelt in dit alles een belangrijke rol. In 2012 mocht de Wikileaks-oprichter onderduiken in de Ecuadoriaanse ambassade in Londen waarna Correa hem politiek asiel verleende. Deze beslissing werd in 2019 door zijn opvolger Lenín Moreno teruggedraaid. Niet lang daarna werd Assange door de Londense politie gearresteerd.
Tekenend voor de positie van Villavicencio is dat hij diverse keren bereid was leugens te verspreiden over Assange, die via de Britse krant The Guardian werden gepubliceerd. Zo was hij de bron van het gerucht dat Assange tot drie keer toe met de toenmalige campagneleider van Donald Trump zou hebben afgesproken. Dit bleek later volledig uit de lucht gegrepen. Ook speelde Villavicencio eerder een vervalst document door aan The Guardian, die dit vervolgens haastig verwijderde toen de vervalsing aan het licht kwam. Een andere aantijging uit de koker van Villavicencio was dat Assange het beveiligingssysteem van de ambassade zou hebben gehackt.
Om de verschillende kampen in de Ecuadoriaanse politiek te kunnen duiden kan men eigenlijk niet om de Verenigde Staten heen. De antineoliberale koers van Correa was een doorn in het oog van de Amerikanen en van de binnenlandse oligarchie. Op allerlei manieren probeerden zij het land te destabiliseren toen Correa aan de macht was, onder andere door grote mediaplatforms te steunen die anti-Correa campagnes voerden.
De in België woonachtige oud-president Rafael Correa meent dat de moord op Villavicencio een “rechts complot” is om te verhinderen dat de door hem gesteunde presidentskandidate Luisa González in de eerste ronde zou winnen. De Colombiaanse schutters die zijn opgepakt zijn volgens hem de uitvoerders van een opdracht waartoe de Ecuadoriaanse politie opdracht gaf. “Er wordt nu een verhaal gecreëerd dat wij Villavicencio zouden hebben bedreigd en dus schuldig zijn aan de moord. Dat heeft onze kandidatuur natuurlijk geschaad en het electorale schaakbord volledig op zijn kop gezet”, aldus de voormalige president in een interview met het Spaanse nieuwsplatform EFE.
Het is speculeren of Villavicencio inderdaad slachtoffer is geworden van een complot dat Correa probeert te ondermijnen, maar dat hij slechts ten prooi viel aan drugsgeweld, lijkt niet erg waarschijnlijk. Voor de machtige, prowesterse tegenstanders van Correa staat er veel op het spel. Zij proberen koste wat het kost te voorkomen dat de populaire oud-president, of zijn aanhang, terug aan de macht komt.
Correa is nog steeds populair onder de Ecuadoriaanse bevolking. De door hem gesteunde presidentskandidate Luisa González is van plan zijn beleid voort te zetten als zij in oktober de verkiezingen wint. Anders dan een uit de hand gelopen drugsoorlog speelt er in Ecuador dus eerder een politieke strijd tussen hervormers en oligarchen die banden hebben met de VS.
—